Overheid vertegenwoordigt 54 miljard in aandelen
24 maart 2015
De overheid is een van de grootste aandelenbeleggers in Nederland. In eerste instantie opgebouwd vanuit publiek belang, zijn de aandelenportefeuilles van lokale overheden anno 2015 versnipperd en bevatten deze veel onbenutte waarde. Volgens onderzoek van Boer & Croon Corporate Finance lopen de overheden soms onnodig risico en ligt het risico hoger dan verwacht.
De overheid is een van de grootste aandelenbeleggers in Nederland. In eerste instantie opgebouwd vanuit publiek belang, zijn de aandelenportefeuilles van lokale overheden anno 2015 versnipperd en bevatten deze veel onbenutte waarde. Volgens onderzoek van Boer & Croon Corporate Finance lopen de overheden soms onnodig risico en ligt het risico hoger dan verwacht.
Als het publiek belang daarmee het beste gediend wordt is het voor een lokale overheid gerechtvaardigd om te participeren in een N.V. of B.V. door middel van een deelneming. En dan alleen onder de voorwaarde dat het publieke belang niet op een andere wijze kan worden behartigd. Maar of de deelnemingen anno 2015 nog wel gerechtigd zijn is onduidelijk, en vaak is er onvoldoende specialistische kennis aanwezig over de eigenlijke (markt-)waarde van de lokale publieke deelnemingen. Boer & Croon Corporate Finance zag de aanleiding tot een onderzoek dat meer transparantie en inzicht zou verschaffen in de aandelenportefeuille van de lokale overheden.
Publieke Aandelen Monitor 2015
In de ‘Publieke Aandelen Monitor 2015’ van Boer & Croon Corporate Finance worden de financiën van de 12 provincies en 40 grootste gemeenten van Nederland doorgelicht met het doel meer duidelijkheid te scheppen over hun publieke deelnemingen. Met een vertegenwoordiging van meer dan €54 miljard is de Nederlandse overheid een van de grootste aandelenbezitters in het land. Daarvan is ruim €43 miljard afkomstig van deelnemingen van het Ministerie van Financiën. De overige geschatte €11 miljard aan omzet uit deelnemingen ligt in handen van lokale overheden, waarvan meer dan €4 miljard in handen van de drie grootste gemeenten van Nederland. Zeeland en Gelderland hebben van de 12 provincies de grootste omzetaantallen, voornamelijk afkomstig uit deelnemingen in regionaal belangrijke vennootschappen als Delta en Alliander.
Waar het regionaal belang van Delta en Alliander duidelijk is, is dit volgens Boer & Croon Corporate Finance nog maar de vraag voor alle publieke deelnemingen. Van aandelen die al decennialang in publiek bezit zijn, is lang niet altijd even duidelijk of het behouden daarvan nog steeds in het publieke belang is. Waar dit niet het geval is maken de overheden zich schuldig aan risicovol beleggen, omdat inkomsten op basis van dividend een veel groter risicoprofiel hebben dan reguliere inkomsten zoals uit belasting. De mate van onduidelijkheid onder lokale overheden maakt de financiële risico’s volgens het corporate finance bureau groter dan verwacht. Maar het aandelenbezit van de lokale overheden kent nog meer schoonheidsfoutjes.
Versnippering en onbenutte waarde
Publieke deelnemingen worden gewaardeerd voor de prijs waarvoor deze destijds zijn verkregen. Maar aangezien marktwaarde, zeker na meer dan 10 jaar bezit, sterk kan afwijken van de waarde ten tijde van de aanschaf, kan de waarde van de publieke deelnemingen veel meer – of in het ergste geval veel minder – waard zijn dan de toegekende waarde. Lokale overheden bezitten dus mogelijk voor een veel hogere waarde aan aandelen dan zij zich realiseren, een hoop financiële activa dat onbenut blijft zolang zij de aandelen aanhouden – het ontvangen van dividend buiten beschouwing gelaten. Zo is bijvoorbeeld in 2013 de waarde van de deelnemingen portefeuille in Gelderland met 53% gestegen, een trend die zichtbaar was bij alle top 10 meest vermogende overheden.
Daarnaast zijn de publieke deelnemingen in de loop der jaren sterk versnipperd – van de 665 deelnemingen zijn slechts 471 uniek, met andere woorden verschillende overheden hebben vaak deelnemingen in een zelfde vennootschap – en zijn de belangen die overheden hebben in lokale bedrijven vaak niet groter dan 1%. Dit betekent dat het beoogde ‘publieke belang’ van deze deelnemingen zo goed als verwaarloosbaar is, omdat dit geen aantallen zijn om significante invloed op de ondernemingen uit te oefenen. Neil Lomax, partner bij Boer & Croon Corporate Finance, concludeert: “er schuilt risico in potentieel inefficiënt publiek aandeelhouderschap of risicovolle beleggingen vanuit het behouden van een historisch belang in bepaalde deelnemingen. Om deze reden zouden overheden er goed aan doen om de doelmatigheid van hun aandelenbezit te evalueren.”